Vader,U laat mij een bloem zien,
met drie blaadjes samen,
ze zijn met elkaar verbonden
door het hart,de duif en de vis.
En drie zijn er alleen.
Aan de steel zie ik twee blaadjes als:
twee uitgespreide armen:Kom maar bij MIJ!!
De bloem staat in een fles als:
ik heb God nodig om te blijven staan.
Ik zie de vis als: leven in de oceaan.
Ook zijn er luchtbelletjes te zien als:
zuurstof voor mens en dier en bloemen.
De duif zie ik als:
een vogel die boven de aarde vliegt.
Bovenin zie ik het hart als:de Liefde van God
voor al wat leeft,
Liefde voor al! Zijn schepsels,
op de aarde, onder de aarde en boven de aarde.
Vader, dank U wel voor Uw Liefde!