Mijn boosheid.
Mijn boosheid
jij staat tussen God en mij in.
Jij haalt mij bij Hem vandaan.
Jij beheerst een stuk van mijn leven,
waardoor er door jou
geen plaats is voor God.
Ik ga jou nu in Gods handen leggen
en vertrouw erop dat Hij mij
met jou gaat helpen alles te relativeren,
waarom jij mijn leven
en lichaam ziek maakt.
Hij gaat mij bekent maken
wat ik hierin allemaal fout heb gedaan.
En Hij gaat mij leren te vergeven
wat mij is aangedaan.
Mijn boosheid,
mijn God is zo groot,
dat Hij mij van jou bevrijden kan.
Zodat jij geen kans meer krijgt
mij ziek te maken.
Mijn boosheid,
zo groot is mijn God,
zoveel groter dan jij.
Jij ligt nu in Zijn handen.
Leni.